Samara - Novosibirsk.
41 uren trein. De Russische treinen hebben verschillende prijsklassen: je kan kiezen voor een coupe voor 2 personen, coupe met 6 personen, platzkart waarbij je met velen in 1 wagon slaapt, of zitplaatsen. De gemiddelde Rus kiest voor platzkart. Meestal moet je wat geluk hebben met je buren, maar na enkele uren wordt de treinrit een sociale bedoening. Vrouwen beginnen te kletsen, eten wordt uitgedeeld, er wordt getoost met bier en vodka. Oger en ik zitten samen met de mannen van 't leger. Voor bijna 2 jaar zaten zij een 4000km van hun thuishaven om hun legerdienst te doen, nu keerden ze eindelijk huiswaarts. Die jongens hadden heel wat straffe verhalen, toch heb ik de indruk dat die verplichte legerdienst de Russische jongens erg hard en vooral 'macho' maakt.
Na het oeralgebergte gaat de trein een stuk door Kazachstan, uiteraard niet zonder strenge controle bij de grens. Volgens de politie is er iets niet in orde met mijn visa, maar ik denk dat ze voor de verandering gewoon geld wilden, wat mij 1500 roebels armer maakte.
Aangekomen in Novosibirsk, temperatuur: 5 graden. Oger en ik beslissen om onmiddellijk richting Krasnojarsk te vertrekken, zo’n 700km verder. Na 5 minuten liften leren we 2 interessante kerels kennen die ons naar Tomsk lokken met een ethnic festival. Onderweg zie ik voor de eerste keer het uitgestrekte Siberische landschap: heuvelachtig met bossen ,bossen en nog eens bossen.
Tomsk.
Gekend voor zijn houten huisjes. Ik ervaar dit stadje als een gezellige, jonge en culturele studentenplaats. Die avond is het ‘Nacht van de musea’ (niet alleen in Gent hebben ze dit idee) en krijgen Oger en ik vooral erg veel aandacht vanwege onze dreadlocks en rastamuts. Een slaapplaats vinden is geen problem, in het boeddhistisch centrum wordt ons een matras aangeboden, tussen de foto’s van de Daila Lama.
Krasnojarsk.
We liften 500km verder. Een groot deel ervan zitten we in de auto van een Tsjetsjenier, die op weg is naar Irkoetsk vanuit Moskou, wat een afstand. Aangekomen in Krasnojarsk wachten enkele vrienden ons op. We worden onmiddellijk naar een feestje gebracht, en ook de dagen nadien genieten we van onze nieuwe vrienden uit Krasnajarsk, van de rivier de Elisey en van al die speciale aandacht omtrent het feit dat ik van Belgie ben.
Biysk.
Ons volgend doel is het Altai gebergte bereiken. Omdat Oger er twee jaar geleden een auto aankocht om rond te trekken, gaan we eerst richting het stadje Biysk. Een verre vriend van Oger hield een oogje op de auto en na enkele reparaties kunnen we verder, maar niet voor lang. Na een uurtje raakt dat oude bakje oververhit , we leren een vrouw kennen die ons wil helpen en uiteindelijk blijven we 2 dagen bij haar familie logeren. Overdag luieren we bij de Katun rivier, ‘s avonds moeten we vodka drinken met de mannen van de geburen.
Altai.
Autostop richting Altai verloopt volt. Er is slechts 1 baan die het gebergte ingaat en wij trekken zo’n 700km ver, tot diep in de richting van de grens met Mongolie. Ik geniet van de bergen, die helemaal niet te vergelijken zijn met de Alpen of Kaukasus. De plaatselijke bevolking spreekt Altais en zien er meer Mongools uit. Omdat er plekjes zijn waar nog geen mens geweest is en het gebied nog niet blootgesteld is aan het grote toerisme, is het Altai gebergte een van de meest special plaatsen waar ik ooit geweest ben. De hoogvlaktes wisselen af met bossen, tussenin lopen rivieren als de Ob en Katun en de dorpjes liggen ver weg van de geciviliseerde wereld. Volgens Oger is het te gevaarlijk om ‘s nachts in onze tent te slapen omdat de plaatselijke dorpsmensen zich als wilde dieren gedragen tegenover toeristen.
Terug naar Samara.
Via bus en autostop leggen we de helft van de afstand af, zo 2500km tot in Omsk. Daar nemen we de trein tot in Samara, slechts 31 uren.
De dagen zijn geteld.
Wanneer ik uit de trein stap in Samara, voel ik een plotse hitte over mijn lichaam vloeien. Van gemiddeld 16 graden in Siberia naar 34 graden in Samara.
Deze week geniet ik in Samara nog van de trouw van 2 vrienden, een festival buiten de stad, en waarschijnlijk een afscheidsfeestje de laatste avond.